Scroll down

Alternate Text
News banner

Verhuizen naar het Verenigd Koninkrijk voor besnijdenis

‘Veel Somaliërs uit de EU emigreren naar het Verenigd Koninkrijk om strafrechtelijke vervolging voor meisjesbesnijdenis te ontlopen’, luidt de eerste zin uit een artikel in de Groene Amsterdammer op 19 augustus. Veel Nederlandse Somaliërs die verhuizen naar het Verenigd Koninkrijk (VK) geven hiervoor met name economische redenen aan, zoals het beginnen van een bedrijf, of hebben sociaal-culturele motieven, vanwege de grote Somalische gemeenschap in Birmingham en London. Meisjesbesnijdenis is helaas ook één van de redenen voor emigratie. In het land van herkomst heeft zeker 97,9% van de vrouwen meisjesbesnijdenis ondergaan. Naar schatting wonen er zo’n 137.000 vrouwen in het VK die besneden zijn, waarvan ongeveer 20% in het VK besneden is. Defence for Children - ECPAT vindt dit zorgwekkend: hiermee wordt het VN-Kinderrechtenverdrag geschonden. Defence for Children - ECPAT pleit voor een uniforme aanpak in Europa en niet slechts een landelijke aanpak in het tegengaan van meisjesbesnijdenis, zoals het VK met nieuwe wetgeving beoogt.

Maas in de wet

In 2005 is de Britse wet op het gebied van meisjesbesnijdenis aangescherpt. Zo mogen mensen met een Britse nationaliteit of verblijfsvergunning hun dochters niet laten afreizen naar andere landen om besneden te worden, ongeacht of het toegestaan is in het land waarnaar wordt afgereisd. Ouders uit andere Europese landen kunnen echter, door een maas in de wet, niet worden vervolgd voor het laten besnijden van hun dochters in het VK. “Zolang ouders geen permanente verblijfsvergunning hebben of Brits onderdaan worden, kunnen zij niet strafrechtelijk worden aangepakt voor het laten besnijden van hun dochters”, aldus Nimco Ali, zelf slachtoffer van meisjesbesnijdenis en oprichter van The Five Foundation, een organisatie gericht op het uitbannen van deze praktijk in het VK. Volgens deze organisatie wordt meisjesbesnijdenis door Britse instanties nog te veel beschouwd als traditionele kindermishandeling. De Britse kinderbescherming let bij kindermishandeling op fysieke kenmerken van verwaarlozing, wat meestal niet het geval is bij meisjes die zijn besneden.

Meldplicht artsen en verpleegkundigen

Artsen en verpleegkundigen zijn sinds de nieuwe wetgeving in het VK verplicht om meisjesbesnijdenis te registreren en te melden. Wanneer meisjes risico lopen besneden te worden, dan komt dit ook in hun medisch dossier. Het blijkt in de praktijk dat medische professionals slechts rapporteren als meisjes al besneden zijn, in plaats van dat er een melding wordt gemaakt als ze risico lopen. Nederland heeft eenzelfde meldplicht, maar ook hier is deze ontoereikend. Uit analyse van Pharos blijkt dat het aantal adviezen en meldingen van een (dreigende) besnijdenis gering zijn.

Preventief controleren of etnisch profileren?

Om meisjesbesnijdenis tegen te gaan, wordt er in het VK preventief gecontroleerd op vliegvelden, waar niet alleen gezinnen die naar ‘risicolanden’ afreizen worden ondervraagd, maar ook vrouwen die eventueel betaald zijn om naar het VK te komen om meisjes te besnijden. Hoewel preventie nodig is, roept het beleid ook weerstand op. FORWARD, een door Afrikaanse vrouwen geleide Britse organisatie, gericht op het beëindigen van geweld jegens meisjes en vrouwen, deed onderzoek naar het etnisch profileren van mensen uit 'risicolanden'. Signalen die in het onderzoek naar voren komen zijn dat mensen uit de ‘risicolanden’ te maken krijgen met ongegronde verdenkingen van onderwijzend personeel op scholen, onaangekondigde huisvisites van politie en maatschappelijk werk, opdringerige ondervraging door gezondheidswerkers, ongegrond lichamelijk onderzoek van meisjes en ondervraging op vliegvelden door politieagenten. In het VK lijken er twee stromingen te zijn. De één wil hard ingrijpen en de ander wil de betrokken gemeenschappen zelf het voortouw laten nemen in het creëren van bewustwording en het geven van voorlichting rondom dit thema in de gemeenschap. Dat laatste is ook in Nederland van toepassing. In Nederland bestaat een ketenaanpak tegen meisjesbesnijdenis, hierin is de samenwerking tussen alle actoren op het gebied van preventie, zorg, wetshandhaving en voorlichting vastgelegd. Federatie Somalische Associaties Nederland (FSAN) speelt hier een belangrijke rol in. Het overheidsbeleid ten aanzien van meisjesbesnijdenis is mede met FSAN tot stand gekomen.               

Hoewel zowel het VK als Nederland zeggen zich in te zetten tegen de praktijk, is dat niet altijd evident in hun migratiebeleid. Meisjes die risico lopen op besnijdenis worden door beide landen alsnog structureel uitgezet.

Oplossingen

The Five Foundation stelt dat de Nederlandse regering contact zou moeten zoeken met de Britse overheid. Aan meisjes die afreizen of verhuizen naar andere landen om daar te worden besneden, wordt onvoldoende de ruimte gegeven om hun verhaal te doen bij instanties. Verder is het van belang om gaten in de wetgeving te dichten, zodat meisjes in ieder land beschermd zijn. Defence for Children - ECPAT pleit daarom voor een uniforme aanpak in Europa waarbij er strafbaarheid is voor iedereen, ook personen die niet de nationaliteit hebben of geen verblijfsvergunning. Van origine Somalische mensen die uit Nederland komen (en zodoende de Nederlandse nationaliteit of verblijfsvergunning hebben) zijn onder de Nederlandse strafwet wel strafbaar wanneer zij in het VK besnijdenis (laten) uitvoeren op hun dochter. Het probleem is echter dat deze mensen vaak niet meer terugkeren en ze dus niet vervolgd kunnen worden, omdat het misdrijf zich afspeelt buiten het oog van de Nederlandse overheid.

Defence for Children – ECPAT zet zich in om meisjesbesnijdenis tegen te gaan. Dit doen wij zowel binnen het Platform 6/2 in Nederland en met de Girls Advocacy Alliance op internationaal niveau. Binnen dit programma ligt de focus enerzijds op wetswijzigingen en betere implementatie en naleving van bestaande wetten en conventies. Anderzijds richt het programma zich op normverandering op lokaal niveau, waarbij jonge meisjesrechtenverdedigers en progressieve traditionele en religieuze leiders een belangrijke rol spelen in het overtuigen van hun achterban om de praktijk af te schaffen. Wij zien dat een multisectoriële aanpak nodig is om de praktijk tegen te gaan.

Het artikel uit de Groene Amsterdammer besteedt aandacht aan een driedelig onderzoek van journalisten H.S. Barre en Manja Ressler over meisjesbesnijdenis in Nederland.

Meer informatie 

Deel dit artikel

Gerelateerde artikelen

Europees Instituut inventariseert risico meisjesbesnijdenis Spanje, Luxemburg, Denemarken en Oostenrijk

Het Europees Instituut voor Gendergelijkheid (EIGE) heeft schattingen gepubliceerd van het aantal meisjes dat risico loo…


Lees meer

Vrouwenrechtenorganisaties naar West-Afrikaans Hof vanwege ontbreken verbod meisjesbesnijdenis in Mali

Toonaangevende vrouwenrechtenorganisaties hebben op 12 april gezamenlijk een zaak ingediend bij het Hof van Justitie van…


Lees meer

Uitnodiging: 8 februari online conferentie Zero Tolerance tegen meisjesbesnijdenis

Ieder jaar op 6 februari wordt op Zero Tolerance Day wereldwijd aandacht voor de strijd tegen vrouwelijke genitale vermi…


Lees meer
We gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website zo soepel mogelijk draait. Door gebruik te maken van onze website gaat u akkoord met ons beleid. Privacy verklaring
Ja
Nee