Rapport WHO: pandemie van geweld
Wereldwijd is naar schatting de helft van de kinderen tussen de 2-17 jaar elk jaar slachtoffer van een vorm van geweld, dit blijkt uit het rapport ‘The Global Status on preventing violence against Children’ van de World Health Organisation (WHO). Kinderen die gedurende hun leven aan geweld worden blootgesteld, lopen een verhoogd risico op psychische en lichamelijke gezondheidsproblemen en negatieve onderwijsresultaten. De economische kosten van deze gevolgen zijn enorm.
Uit het rapport blijkt dat 79% van landen tekortschiet in de bescherming van kinderen tegen geweld. Het stoppen van geweld tegen kinderen is sinds 2016 onderdeel van de Sustainable Development Goal (SDG’s). Voor het eerst hebben regeringen van 155 landen zelf gerapporteerd over de voortgang van hun inspanningen om geweld tegen kinderen te beëindigen. Defence for Children maakt zich zorgen: uit het rapport blijkt dat ondanks dat veel deelnemende landen actie ondernemen, overheidsfunctionarissen uit dezelfde landen erkennen dat de inzet duidelijk onvoldoende is om de SDG-doelstelling te bereiken.
Voorkomen van geweld
Op basis van de SDG-doelstelling moet ieder land zich inzetten om preventief geweld tegen kinderen te beëindigen aan de hand van de zeven strategieën:
1. Implementatie en handhaving van wetten
2. Normen en waarden
3. Veilige omgeving
4. Ondersteuning ouders en verzorgers
5. Inkomen en economische versterking
6. Response en ondersteunende diensten
7. Educatie en levensvaardigheden
Tijdens de coronacrisis en de daarmee samenhangende schoolsluitingen hebben we een toename gezien van geweld tegen kinderen. Naast deze waarschijnlijk langdurige negatieve consequenties komt uit het rapport duidelijk naar voren dat de SDG-doelstelling niet in lijn is met de beoogde vooruitgang.
Zorgwekkende ontwikkelingen
Uit het rapport blijkt dat veel landen mechanismes hebben om geweldspreventie te ondersteunen (89%), slechts één enkel land heeft volledig gefundeerde en haalbare doelen (21%). Daarbij komt dat er grote verschillen zijn in de overheidsondersteuning tussen landen en dat wetten die geweld tegen kinderen verbieden niet voldoende waarborgen bieden. De wetten zijn wel door bijna alle landen ingevoerd, maar worden vaak onvoldoende gehandhaafd. Kortom, er moet nog veel gebeuren. In plaats van te accepteren dat de doelen niet gehaald worden, moet ieder land zijn inspanning gaan verhogen.
Er wordt nog steeds te weinig actie ondernomen om geweld tegen kinderen tegen te gaan. Dit rapport biedt handvaten in de richting van de SDG-doelstelling, zodat landen kunnen werken aan hun voortgang. Defence for Children pleit ervoor dat alle landen ook daadwerkelijk de speerpunten in het rapport opvolgen. Actie is nodig om ervoor te zorgen dat al het geweld tegen kinderen wordt beëindigd.