Scroll down
Auteur: Grieteke Meerman
Credits foto: Ilvy Njiokiktjien
Uma (20) ziet het als haar levensdoel om geweld tegen meisjes en jonge vrouwen in India terug te dringen. Hoe? Door onderwijs toegankelijker te maken voor meisjes. Dat dit sterk met elkaar te maken heeft, weet ze uit eigen ervaring. Ze heeft in haar jonge leven al veel meegemaakt, maar Uma is heel strijdbaar en inspireert nu andere meisjes als youth advocate.
Uma’s leven begon roerig, al meteen na geboorte. Ze moest met haar moeder op de vlucht voor haar vader die geen dochter, maar een zoon had gewild. Ze vonden een veilige haven bij Uma’s oma. Zij gaf hen een huis en een stuk land waar ze van konden leven. “Mijn moeder ging aan het werk op de katoenvelden en met het geld dat dit opleverde, kon ik naar school” vertelt Uma.
Uma’s ooms en tantes, de broers en zussen van haar moeder, boden aan om een huwelijk voor haar te arrangeren wanneer ze daarvoor de juiste leeftijd had bereikt. Omdat normaal gesproken in India de ‘man des huizes’ dat doet, was Uma’s moeder haar familie dankbaar voor de hulp die ze kreeg. Wel moest ze zelf werken voor de bruidsschat.
De leeftijd waarop een meisje uitgehuwelijkt wordt, wordt bepaald door het moment waarop ze voor het eerst menstrueert, wat in Uma’s geval al op haar twaalfde was. Bovendien bleken haar ooms en tantes haar moeder te hebben opgelicht. “Ze hebben het geld voor de bruidsschat gestolen van mijn moeder en zetten ons uit het huis dat we van mijn oma hadden gekregen. Daarna vermoordden ze mijn oma, hun eigen moeder!”, vertelt ze geëmotioneerd.
Dit was zo traumatisch voor Uma, dat ze depressief werd. Uit angst voor haar ooms en tantes klopte ze samen met haar moeder aan bij het dorpscomité, de plek waar je als burger met je problemen naartoe kunt. Maar daar vonden ze geen steun en ze belandden op straat. Uiteindelijk greep de politie toch in en kregen ze hun huis terug. Haar ooms en tantes zinden op wraak en probeerden Uma en haar moeder te vergiftigen door lampolie door hun eten te doen. Maar die poging mislukte.
Toen ze zichzelf en haar dochter op een andere plek in veiligheid had gebracht, nam Uma’s moeder zich voor om Uma zo lang mogelijk naar school te laten gaan. “Ik mocht niet aan het werk, maar ze gaf me de kans om voortgezet onderwijs volgen. Dat vond ze erg belangrijk. Zelf had ze dat niet gedaan; volgens haar was dat de oorzaak van alle tegenslag in haar leven. Mijn moeder wil dat ik met een diploma op zak wel een onafhankelijk leven kan leiden”, legt Uma uit. Ze koos voor een exact vakkenpakket, met biologie, natuurkunde en scheikunde, en sloeg uiteindelijk een commerciële richting in. “Dat was pittig, maar het is gelukt.”
De manier waarop ze uiteindelijk haar grote passie ontdekte, het helpen van lotgenoten, was een geluk bij een ongeluk. Vlak voordat Uma haar bachelor zou doen, kreeg haar moeder epilepsieaanvallen en kon ze een jaar niet werken. Uma nam een jaar vrij van school en ging, om de kost te verdienen, aan de slag als maatschappelijk werker bij een hulporganisatie. Zo zette ze zich in voor kinderrechten, schoolverlaters, volwassenenonderwijs en vrouwenzaken. “Ik heb kindhuwelijken kunnen voorkomen, vroege schoolverlaters kunnen overtuigen om terug naar school te gaan en volwassen in de avonduren les gegeven. In dat jaar ben ik gemotiveerd geraakt om meisjes en vrouwen te helpen die vergelijkbare dingen als ik hebben meegemaakt.”
Om meisjes en vrouwen nog beter te kunnen helpen, neemt ze deel aan de jongerenlobbygroep van de Girls Advocacy Alliance (GAA), een programma van Plan International Nederland, Terre des Hommes, Defence for Children - ECPAT en het Ministerie van Buitenlandse Zaken, dat zich inzet voor gelijke rechten en kansen voor meisjes en jonge vrouwen. Door lokale partnerorganisaties te steunen en netwerken te versterken, willen de organisaties korte metten maken met kindhuwelijken, kinderhandel en geweld tegen meisjes en jonge vrouwen in tien landen in Afrika en Azië. De oplossing zit ‘m onder andere in het tegengaan van economische uitsluiting door de toegang tot onderwijs voor meisjes te verbeteren.
De hoofdrolspelers binnen GAA zijn de zogeheten youth advocates, zoals Uma, die samen een groeiend netwerk vormen van jonge meiden, maar ook jongens die verandering teweeg willen brengen. Ze krijgen speciale trainingen die ze leren hoe ze hun boodschap onder de aandacht brengen bij andere meisjes en hun ouders, maar ook bij religieuze leiders, lokale overheden en andere beslissers.
Het is Uma’s ultieme doel om álle meisjes uit haar district op het voortgezet onderwijs te krijgen. Daardoor zullen ze een zelfstandig leven kunnen leiden en dus minder gemakkelijk slachtoffer worden van geweld. Uma: “Ik denk dat onderwijs negentig procent van het probleem oplost.”