Ruim twee op de drie jongeren ervaring met ongewenst online seksueel gedrag
Overal in Europa ervaren kinderen ongewenst online seksueel gedrag en de omvang is zorgwekkend. Meer dan twee op de drie jongeren geeft aan dat ze tijdens hun jeugd ten minste één vorm van online seksueel geweld hebben meegemaakt, zo blijkt uit het WeProtect Global Alliance-onderzoek. Defence for Children - ECPAT vindt dit schrikbarend hoge aantallen en pleit daarom voor meer regulering van het internet ter bescherming van kinderen tegen online kindermisbruik.
WeProtect Global Alliance deed onderzoek met 2.000 jongeren in vier landen (Duitsland, Frankrijk, Nederland, Polen). In Nederland bleek 68% van de jongeren tijdens hun jeugd ten minste één van deze vormen van online seksueel geweld heeft meegemaakt (n = 500). Het ging om de volgende cijfers:
- 54% van de kinderen heeft seksueel expliciete inhoud ontvangen van een volwassene.
- 33% heeft ervaren dat seksueel expliciete afbeeldingen van hen zijn gedeeld zonder toestemming (door een leeftijdsgenoot of een volwassene).
- 43% is gevraagd om een deel geheim te houden van hun seksueel expliciete online relatie met een volwassene.
- 55% is gevraagd om iets seksueel expliciets online te doen waarbij ze zich ongemakkelijk voelden (door een leeftijdsgenoot of een volwassene).
Privékanalen
Ervaringen met ongewenst online seksueel gedrag vinden vooral plaats op mobiele apparaten via privé-kanalen: 73% van de respondenten in de vier landen hadden ervaren dat iemand met hen probeerde te praten over seksueel expliciete onderwerpen via hun mobiele telefoon en zij ontvingen online seksueel expliciet materiaal vaak via een privéberichtendienst (46%) of een privédienst voor het delen van video’s (54%).
Zeer jonge leeftijd
Vooral de leeftijd van eerste blootstelling aan online seksueel expliciete inhoud is schokkend. Gemiddeld worden kinderen in de vier onderzochte landen met 13,8 jaar voor het eerst blootgesteld aan seksueel expliciete inhoud online. Dit is slechts twee jaar na de gemiddelde leeftijd waarop ze regelmatig toegang hebben tot internet.
Meisjes vaker getroffen
Bijna vier op de vijf meisjes (79%) hebben tijdens hun kinderjaren minstens één keer online seksueel geweld meegemaakt, vergeleken met 57% van de jongens. Met name minderheden lopen het risico slachtoffer te worden van seksuele uitbuiting en online misbruik. Bijna negen op de tien (89%) van de LHBTQ+-respondenten hebben tijdens hun kindertijd minstens één keer online seksueel geweld meegemaakt (n = 90), vergeleken met 67% van de niet-LGBTQ+-respondenten (n = 1.920). Ook heeft driekwart (79%) van de respondenten uit etnische minderheden voor de leeftijd van achttien jaar ten minste één keer seksueel geweld meegemaakt (n = 131), vergeleken met 68% van degenen die zichzelf niet identificeerden als een raciale of etnische minderheid (n = 1.869).
Ouders maken zich zorgen
Uit onderzoek van Terre des Hommes blijkt dat onder ruim 1.000 ouders met kinderen in de leeftijd van acht tot achttien jaar ruim de helft (59%) zich zorgen maakt over de online veiligheid van hun kind(eren). Met name maken ouders zich zorgen over nepberichten, mensen die zich voordoen als iemand anders en vreemden die contact zoeken met hun kind.
Europese wetgeving
Dit jaar wordt in het Europees Parlement gestemd over een wet, waarin online dienstverleners, zoals Google, Facebook en Whatsapp, verplicht worden om meer te doen om tekenen van online seksuele uitbuiting en misbruik van kinderen op te sporen en te verwijderen. Uit het onderzoek van Terre des Hommes blijkt dat een ruime meerderheid van de ouders (83%) het belangrijk vindt dat een dergelijke wet er komt. Ook denkt de helft (56%) dat zo’n wet ervoor zorgt dat minder kinderen seksueel uitgebuit gaan worden. Maar er zijn ook zorgen over de wet. Heel wat ouders (57%) zou een dergelijke wet alleen steunen als ze zeker weten dat hun privacy gewaarborgd blijft. Celine Verheijen, programmacoördinator bij Defence for Children - ECPAT: “Kinderen hebben zowel recht op de bescherming van hun privacy als recht op bescherming tegen seksueel misbruik en uitbuiting. Wij denken dat de afweging van fundamentele rechten niet bij bedrijven zou moeten liggen, maar bij gerechtelijke autoriteiten, zoals is beschreven in de het Europese wetsvoorstel.”