Raad van State: Nederland mag geen asielzoekers terugsturen naar Italië
De Raad van State oordeelde eerder deze week in twee zogenaamde ‘Dublin-Italië’-zaken dat de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op dit moment geen asielzoekers mag overdragen aan Italië. Het land kampt met een gebrek aan opvangfaciliteiten. Asielzoekers die op grond van de Europese Dublinverordening naar Italië moeten worden teruggestuurd, lopen daardoor een reëel risico dat zij in Italië ‘buiten hun eigen wil en keuzes om, terechtkomen in een toestand van zeer verregaande materiële deprivatie, waardoor zij niet kunnen voorzien in de belangrijkste basisbehoeften, zoals onderdak, eten en stromend water.’ Dit is in strijd met mensen- en kinderrechten.
Al eerder was bepaald dat Nederland geen asielzoekers, onder wie kinderen, aan landen als Griekenland, Kroatië en Malta mag overdragen, vanwege de ontoereikende opvangfaciliteiten in die landen. Defence for Children onderschrijft de uitspraak van de Raad van State om Italië aan dit rijtje toe te voegen. Wanneer onbegeleide kinderen in Italië herenigd kunnen worden met familie, mogen zij overigens wel worden overgedragen, mits dit in hun belang is.
Dublinverordening en opvangprobleem Italië
De Europese Dublinverordening bepaalt welk land verantwoordelijk is voor de behandeling van een verzoek om internationale bescherming (asiel). Meestal is dat het eerste land waar de asielzoeker de EU binnenkomt. Daarbij gaat het vaak om Italië, waardoor het land te maken heeft met een hoge asielinstroom. Sinds eind vorig jaar worden asielzoekers die na aankomst in Italië doorreisden naar een andere lidstaat, niet langer teruggestuurd naar Italië. Dit is het gevolg van een brief van 5 december 2022 (een circular letter) en daaropvolgende brieven, waarin de Italiaanse autoriteiten alle EU-landen verzoeken om Dublin-overdrachten naar Italië voorlopig op te schorten. In de brieven staat dat het land kampt met een structureel opvangprobleem, leidend tot een groot gebrek aan onderdak, eten en stromend water.
Interstatelijk vertrouwensbeginsel
Het is op dit moment onmogelijk om vast te stellen wanneer de opvangproblemen in Italië zullen zijn opgelost. Daarom mag de staatssecretaris, zo oordeelt de Raad van State, niet langer uitgaan van het interstatelijk vertrouwensbeginsel voor Italië. Dit beginsel houdt in dat EU-landen er in principe van uit mogen gaan dat andere lidstaten asielzoekers behandelen in overeenstemming met de geldende wet- en regelgeving, bijvoorbeeld op het gebied van mensenrechten. Overdracht naar Italië zou er nu toe leiden dat asielzoekers terechtkomen in een situatie waarin zij niet kunnen voorzien in hun belangrijkste basisbehoeften. Dat valt onder ‘onmenselijke behandeling’, en is strijdig met artikel 3 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) en artikel 4 van het Handvest van de grondrechten van de EU. Het oordeel van de Raad van State betekent dat Nederland asielaanvragen waarvoor Italië op grond van de Dublinverordening verantwoordelijk is, zelf in behandeling moet nemen.