Scroll down

Alternate Text
News banner

Nederland stelt kinderkoop in het kader van draagmoederschap strafbaar

Kinderkoop wordt strafbaar gesteld in een nieuw artikel 151d van het Wetboek van Strafrecht. De strafbaarstelling betreft kinderkoop binnen het kader van draagmoederschap, maar ook andere manieren van het duurzaam overlaten van de verzorging en opvoeding van een kind aan een ander. Het conceptwetsvoorstel 'Strafbaarstelling evidente vormen van kinderkoop' lag ter internetconsultatie voor. Defence for Children heeft gereageerd en benadrukt dat opgroeien in het besef gekocht te zijn ernstige gevolgen kan hebben voor de identiteitsvorming van een kind. Het VN-Kinderrechtenverdrag en het Facultatief Protocol inzake de verkoop van kinderen, kinderprostitutie en kinderpornografie behorend bij het Kinderrechtenverdrag bepalen dat Staten alle passende maatregelen moeten nemen om de verkoop van het kind te voorkomen, waaronder de strafbaarstelling ervan. Defence for Children is verheugd dat kinderkoop strafbaar wordt gesteld. Dit is in Nederland nog niet het geval.

Zorgpunten wetsvoorstel kinderkoop

In de reactie van Defence for Children op de eerste consultatie van het wetsvoorstel 'Kind, draagmoederschap en afstamming' zijn zorgen geuit over het onduidelijke onderscheid tussen de vergoeding van redelijke kosten en kinderkoop. Defence for Children vreesde dat het wetsvoorstel een legalisering van commercieel draagmoederschap en daarmee kinderkoop inhield. Uit de toelichting bij het wetsvoorstel kinderkoop valt op te maken dat enkel de kosten die rechtstreeks samenhangen met het zijn van draagmoeder en het overnemen van de verzorging en opvoeding van een kind (deels) voor rekening van de wensouders komen. Van kinderkoop is sprake in geval van een betekenisvol voordeel dat geen vergoeding van redelijke kosten betreft. Echter, volgens Defence for Children maakt de wettekst niet duidelijk wat als kinderkoop wordt aangemerkt. Nederland lijkt niet te kiezen voor een verbod op gebruikmaking van commerciële bemiddeling in het buitenland of een verbod op alle draagmoederschapstrajecten in het buitenland door Nederlandse wensouders. Volgens Defence for Children voorziet de voorliggende strafbaarstelling mogelijk wel om evidente vormen van kinderkoop in de context van draagmoederschap tegen te gaan. Maar of kinderkoop en misstanden in geval van (buitenlands) (commercieel) draagmoederschap daarmee effectief wordt bestreden, is nog de vraag.

Kinderkoop betreft het volledige businessmodel

Wat betreft draagmoederschapstrajecten in het buitenland wordt in de toelichting benoemd dat de hoogte van de vergoedingen alsook het type vergoedingen van redelijke kosten per land afhankelijk kunnen zijn. Volgens Defence for Children gaat commercieel draagmoederschap en de (ver)koop van een kind niet alleen om de draagmoeder die, buiten vergoeding van redelijke kosten, hiervoor betaald krijgt. In landen waar commercieel draagmoederschap is toegestaan, gaat het om het systeem en het volledige businessmodel eromheen, waaronder bemiddelaars, klinieken en advocaten die niet non-profit werken. In Nederland moeten bemiddelaars (‘vergunninghouders’) non-profit werken en is de bevordering van commercieel draagmoederschap verboden. Echter, volgens Defence for Children is de financiële prikkel in een buitenlands draagmoederschapstraject er met de voorliggende strafbaarstelling kinderkoop niet uitgehaald. Defence for Children vraagt zich af of en hoe buitenlandse actuele ontwikkelingen worden gemonitord, hoe wordt omgegaan met het bijhouden van lokale maatstaven voor de vergoeding van redelijke kosten en met zorgelijke meldingen over een land, welke landen zullen worden “goedgekeurd” door Nederland of op “de zwarte lijst” komen en volgens welke maatstaven. Het is reeds bekend dat in een aantal landen, vrouwen zich aanbieden als draagmoeder vanwege armoede, werkeloosheid en financiële problemen.

Uitvoerbaarheid en handhaving

Defence for Children maakt zich zorgen over de praktische uitvoerbaarheid en handhaving. De opzet moet zijn gericht op ‘een ander ertoe bewegen’ middels een gift, belofte of dienst. Dat maakt de beoordeling van kinderkoop subjectief. De ene vrouw is misschien eenvoudiger tot draagmoederschap te bewegen dan de ander. Defence for Children vraagt zich af waarnaar zal worden gekeken: de waarde van de beloning (gift, belofte, dienst), en de vraag of dit hoger is dan de redelijke vergoeding van kosten, of naar de vraag of een vrouw is bewogen tot het dragen voor en het afstaan van een kind aan de wensouders ongeacht de hoogte van de beloning. Een andere vraag is waarom er niet voor is gekozen om elke gift, belofte of dienst die uitstijgt boven de vergoeding van redelijke kosten strafbaar te stellen, en waarom ervoor is gekozen om het oogmerk in de strafbaarstelling op te nemen. Het is onduidelijk hoe het Openbaar Ministerie kinderkoop zal opsporen, hoe gecontroleerd zal worden dat er geen betalingen gedaan zijn boven de vergoeding van redelijke kosten en of het redelijke betalingen betrof, of wanneer een draagmoederschapstraject als verdacht zal worden aangemerkt en hiernaar strafrechtelijk onderzoek zal worden gestart. In geval van constructies via cash betalingen of verschillende bankaccounts zal dit omvangrijk opsporingswerk inhouden. In geval van strafrechtelijk onderzoek naar draagmoederschapstrajecten in het buitenland, zal niet ieder land zich even behulpzaam opstellen bij rechtshulpverzoeken. Ook kosten dit soort internationale opsporingsonderzoeken veel tijd en specifieke expertise. In de toelichting wordt het vergroten van de capaciteit bij de politie en/of het OM niet genoemd.

Strafbaarstelling normerende en preventieve werking

Defence for Children verwacht dat de strafbaarstelling een normerende en preventieve werking zal hebben, maar meent dat het voorkomen van kinderkoop door Nederlandse wensouders in de context van draagmoederschap alleen zal slagen als alle landen kinderkoop in de context van draagmoederschap én de bevordering van commercieel draagmoederschap verbieden. Volgens Defence for Children moet Nederland dit ook internationaal bepleiten. Tevens moet het VN-Kinderrechtencomité in dit kader strikt toezien op de naleving van artikel 35 van het VN-Kinderrechtenverdrag en het Facultatief Protocol inzake de verkoop van kinderen, kinderprostitutie en kinderpornografie bij het Kinderrechtenverdrag.

Meer informatie

Deel dit artikel

Gerelateerde artikelen

Reactie op wijziging van de Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting

De Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting wordt gewijzigd. Dit wetsvoorstel lag ter internetconsultatie voor. Defence…


Lees meer

Onvoldoende waarborgen kind in wetsvoorstel kind, draagmoederschap en afstamming

Het Wetsvoorstel kind, draagmoederschap en afstamming is onder andere bedoeld om de positie van het kind te beschermen e…


Lees meer

Uit DNA-test blijkt dat 49 donorkinderen afstammen van Karbaat

Uit het DNA-verwantschapsonderzoek van het Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis in Nijmegen blijkt vanochtend dat 49 kinderen …


Lees meer
We gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website zo soepel mogelijk draait. Door gebruik te maken van onze website gaat u akkoord met ons beleid. Privacy verklaring
Ja
Nee