18 jaar en dan?
Minister de Jonge van Volksgezondheid Welzijn en Sport heeft aangekondigd dat pleegkinderen in ieder geval tot 21 jaar in een pleeggezin kunnen blijven wonen. Volgens de minister zijn jongeren op hun achttiende "nog niet afgebakken". Dit geldt volgens hem "zeker voor kinderen die opgegroeid zijn in een pleeggezin" en een moeilijke thuissituatie hebben meegemaakt. Defence for Children is het met de minister eens, maar benadrukt dat het naast jongeren in de pleegzorg ook om jongeren in instellingen gaat.
Voor hen is het niet alleen belangrijk om langer in het gezin of instelling te kunnen wonen. Uit gesprekken met jongeren blijkt dat het nog belangrijker is dat er op tijd wordt begonnen met het maken van een toekomstplan en het geven van de juiste begeleiding op weg naar zelfstandigheid. Kinderen kunnen nu maximaal tot hun achttiende verjaardag in een jeugdzorginstelling of pleeggezin wonen. De vergoeding die instellingen en pleegouders krijgen houdt daarna op. Minister de Jonge wil deze leeftijd verhogen als het om jeugdigen die in een pleeggezin wonen.
Defence for Children adviseert de minister om tijdens de gesprekken met onder meer gemeenten, kinderen, jongeren en pleegouders ook kinderen en personeel in instellingen te betrekken. Daarbij ligt de oplossing niet alleen in het verlengen van de periode. Het meest belangrijke is dat jongeren tijdig en goed worden voorbereid op zelfstandigheid. Dat betekent dat gemeenten en iedereen die met jongeren werkt met hen ruim voor hun 18e verjaardag een toekomstplan opstellen en daarbij laagdrempelige ondersteuning regelen die aansluit bij de omstandigheden van de jongeren. Hen van goede informatie voorzien over woning, geldzaken, werk en studie. Belangrijk is ook dat er een coach of een vaste persoon is die een aanspreekpunt is en waar een jongere die een instelling of pleeggezin heeft verlaten op kan terugvallen.