Defence for Children vindt dat er veel meer aandacht moet worden besteed aan wat passende hulp is en wat kinderen in gesloten jeugdzorg nodig hebben. Dit standpunt volgt op een gesprek dat directeur-bestuurder Mirjam Blaak en Maartje Berger van Defence for Children hadden met Het Vergeten Kind en ervaringsdeskundigen Jason en Sanne. Het gesprek vond plaats in de Week van Het Vergeten Kind. Tijdens deze week roept Het Vergeten Kind op om te stoppen met het plaatsen van kinderen in gesloten jeugdzorginstellingen. Dit doet de organisatie door met een bus, waarin zich een nagebouwde instellingskamer bevindt, aandacht te vragen voor de impact van gesloten jeugdzorg op kinderen die daarmee te maken krijgen. Na afloop van het gesprek zegt Blaak: “We zijn ook nu weer geschokt te horen wat kinderen meemaken en welke impact dit heeft op de rest van hun leven.”

Gesloten jeugdzorg

Het aantal kinderen dat gesloten is geplaatst, is schrikbarend hoog. In 2020 verbleven er ruim 1.800 kinderen in een gesloten jeugdzorginstelling. Volgens het VN-Kinderrechtenverdrag is vrijheidsbeneming van 18-minners een uiterste middel, dat alleen voor een zo kort mogelijke passende duur mag worden toegepast. Het is de plicht van de overheid om voldoende alternatieven te bieden. Tegelijkertijd moet de overheid ervoor zorgen dat kinderen passende hulp krijgen en geen schade oplopen.

Ervaringsdeskundigen Jason en Sanne

Uit gesprekken die Het Vergeten Kind voerde met jongeren blijkt dat veel van hen een spoedplaatsing kregen, zonder goed doordacht plan of visie voor de lange termijn. Jason zegt daarover: ‘’Ik herken helemaal niet dat er al alles is geprobeerd om de juiste zorg te bieden. Kinderen die in een moeilijke thuissituatie zitten worden daar heel snel uitgehaald en vaak overgeplaatst’’. Uit cijfers blijkt dat 86% meer beschadigd uit de gesloten jeugdzorg komt dan ze erin gingen. Sanne zegt over haar tijd in de gesloten jeugdzorg: ‘’Alles was anders, we moesten heel veel. Er waren veel regels voor bijvoorbeeld eten, bedtijden, en kleding. Vast stond hoe laat we gingen eten, wat je op je brood mocht doen, maar ook wat je wel en niet mocht dragen op een warme zomerdag bijvoorbeeld.”

<tekst loopt door onder de video>