Rechter: asielaanvraag Howick en Lili ten onrechte afgewezen
De rechtbank in Utrecht heeft vandaag geoordeeld dat Howick en Lili niet mogen worden uitgezet en dat de staatssecretaris hun asielaanvraag opnieuw moet beoordelen. Volgens de rechter heeft de staatssecretaris ten onrechte de terugkeervoorwaarden buiten beschouwing gelaten die door onder meer de Raad voor de Kinderbescherming en voogdij-instelling Nidos zijn gesteld. De rechter oordeelt dat deze aspecten wel degelijk moeten worden beoordeeld in het kader van een asielprocedure. De staatssecretaris moet binnen zes weken een nieuwe beslissing nemen op de asielaanvraag.
Belang van het kind serieus genomen
Martin Vegter: “Defence for Children is blij met deze uitspraak. De rechter heeft heel nadrukkelijk geoordeeld dat voorwaarden voor terugkeer niet buiten beschouwing kunnen worden gelaten in een asielprocedure. Het belang van het kind moet een duidelijke plaats hebben in de asielprocedure en de staatssecretaris moet dat belang ook serieus nemen door rapporten van toezichtsinstanties daadwerkelijk bij zijn beoordeling te betrekken. Net als Howick en Lili hopen we dat de staatssecretaris nu niet tegen deze uitspraak in hoger beroep zal gaan, maar dat hij in plaats daarvan daadwerkelijk naar hun belangen zal gaan kijken. Wanneer niet aan de terugkeervoorwaarden wordt voldaan dan moet Howick en Lili een verblijfsvergunning worden verleend, in elk geval totdat het wel in orde is.”
Extra kwetsbaar
De rechter gaat in de uitspraak ook in op de vraag hoe artikel 3 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) moet worden toegepast in asielprocedures van kinderen. Op grond van dit artikel is het verboden voor staten om een vreemdeling terug te sturen naar een land waar hen een onmenselijke of vernederende behandeling wacht die onder meer kan voortkomen uit zeer slechte levensomstandigheden. Martin Vegter: “De rechter geeft in zijn overwegingen duidelijk weer dat kinderen extra kwetsbaar zijn en dat dit relevant is voor de toets aan artikel 3 EVRM. De rechter verwijst naar uitspraken van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens en stelt vast dat in het geval van kinderen vanwege hun kwetsbaarheid eerder moet worden geconcludeerd dat er sprake is van een schending van dat artikel dan in het geval van een volwassene. Dit is een belangrijke overweging die recht doet aan kinderrechten.”
Meer informatie:
Lees meer over de zaak van Howick en Lili
Lees hoe het gaat met kinderen die gedwongen zijn uitgezet naar Armenië