Scroll down
Defence for Children pleit ervoor dat minderjarigen niet in vreemdelingenbewaring worden geplaatst. Nieuwe bevindingen voortvloeiend uit de ‘UN Global Study on Children Deprived of Liberty’ laten zien dat vrijheidsontneming schadelijk is voor de mentale en fysieke gezondheid van kinderen.
Volgens artikel 37 sub b van het VN-Kinderrechtenverdrag mag vrijheidsontneming slechts worden gehanteerd als uiterste maatregel en voor de kortst mogelijke passende duur. Een kind zijn vrijheid ontnemen omdat het ongedocumenteerd is, kan niet gerechtvaardigd worden als uiterste maatregel wanneer het gaat om het reguleren van migratie door de Staat. Er zijn immers alternatieven beschikbaar, zoals bijvoorbeeld een verhoogde meldplicht of een garantverklaring van particulieren of instanties. De ‘UN Global Study on Children Deprived of Liberty’ geeft weer dat landen die weigeren om kinderen in vreemdelingenbewaring te plaatsen en andere niet-vrijheidsbenemende oplossingen toepassen, nog steeds de staatsbelangen rondom migratie kunnen behartigen. Kortom, het is niet nodig om kinderen in vreemdelingenbewaring te plaatsen. Daarnaast is vrijheidsontneming omdat een kind ongedocumenteerd is, moeilijk te verenigen met het belang van het kind, zoals verwoord in artikel 3 van het VN-Kinderrechtenverdrag.
Desondanks worden ongedocumenteerde kinderen nog steeds met hun gezinnen vastgezet. Dat kan gebeuren nog voordat zij de Nederlandse grens gepasseerd zijn (grensdetentie) of nadat zij al in Nederland zijn (vreemdelingenbewaring).
Voor de maximale duur van vreemdelingenbewaring van minderjarigen wordt een onderscheid gemaakt tussen:
Er zit een maximum termijn aan van 14 dagen. Het gehele gezin kan maximaal 14 dagen voor de daadwerkelijke uitzetting in vreemdelingenbewaring worden gezet. Dit kan pas nadat er een afweging is gemaakt van alle belangen en er moet een concrete aanwijzing zijn dat er gevaar bestaat dat de vreemdeling zal vluchten. De maximale termijn van 14 dagen kan verlengd worden als het de vreemdeling te verwijten valt dat de uitzetting niet binnen die 14 dagen kan plaatsvinden. Hierbij moet gedacht worden aan hevig verzet of het plotseling opstarten van een nieuwe procedure.
Amv’s, of niet-begeleide kinderen, zijn minderjarigen die zonder ouders of wettelijk voogd naar Nederland zijn gekomen. Bij amv’s is bewaring alleen toegestaan als er sprake is van ‘zwaarwegende belangen’, hiervan is uitsluitend sprake in de volgende situaties:
Na die twee weken moet iemand óf worden uitgezet, óf worden vrijgelaten. Wie er nog wel (voor langere tijd) in vreemdelingenbewaring kan worden gezet, zijn amv's die verdacht zijn van of veroordeeld zijn voor een misdrijf. Zodra een amv'er van zijn of haar vrijheid wordt beroofd, moet hiervan melding worden gedaan bij de Stichting Nidos. Deze stichting fungeert als voogdijinstelling voor amv’s.
Tip: Voor meer informatie of om misstanden te melden, kunt u contact opnemen met het Meldpunt Vreemdelingendetentie. Medewerkers kunnen ook vertellen hoe u gedetineerde gezinsleden kan helpen of bezoeken.