Hoger beroep in waterzaak tegen Nederlandse Staat en drinkwaterbedrijven op 11 december 2023
Op 11 december 2023 dient het hoger beroep tegen de Nederlandse Staat en drinkwaterbedrijven Dunea en PWN in de zaak over waterafsluitingen bij gezinnen met kinderen. Defence for Children en het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten (NJCM) kunnen zich niet vinden in de overwegingen van de rechtbank om in Nederland waterafsluitingen, in het algemeen, toe te blijven staan bij gezinnen die de rekening niet kunnen betalen. Zowel de wetgeving, het beleid als de praktijk zijn volgens de organisaties in strijd met fundamentele kinder- en mensenrechten. Ook de Kinderombudsman en de VN-rapporteur voor water en hygiëne spraken zich onlangs uit tegen waterafsluitingen.
De rechtbank Den Haag deed op 6 april 2022 uitspraak in de zaak. Defence for Children en het NJCM gingen vervolgens in hoger beroep. De zitting is op maandag 11 december 2023 bij het Gerechtshof Den Haag. Kinderombudsman Margarite Kalverboer en de VN-rapporteur voor water en hygiëne, Pedro Arojo-Aggudo, riepen Nederland eerder dit jaar bij Nieuwsuur op om te stoppen met waterafsluitingen bij gezinnen met kinderen. Zij noemen toegang tot water een fundamenteel kinderrecht.
“De overheid en de drinkwaterbedrijven snijden Nederlandse kinderen van hun meest basale levensbehoefte af en geven hiervoor geen enkele juridische of anderszins onderbouwde rechtvaardiging,” aldus Merel Hendrickx, advocaat bij PILP. “Dat de rechtbank dit heeft toegestaan, vinden cliënten onterecht. De oproepen van de Kinderombudsman en de VN-rapporteur sterken hen in de overtuiging dat rechters hier opnieuw naar moeten kijken.”
Gronden voor hoger beroep
In samenwerking met een collectief van advocaten van PILP en De Brauw is een Memorie van Grieven (hoger beroepschrift) opgesteld en ingediend bij het Haagse gerechtshof. Defence for Children en het NJCM hebben negen gronden (grieven) aangevoerd tegen de uitspraak van de rechtbank.
Hierin zetten Defence for Children en het NJCM onder meer nogmaals uiteen dat de Nederlandse afsluitpraktijk altijd in strijd is met het recht van kinderen op water, een recht dat onder meer voortvloeit uit de artikelen 24 en 27 van het VN-Kinderrechtenverdrag. De totstandkoming van dit afsluitbeleid en de uitvoering in de praktijk is ook in strijd met artikel 3 van het VN-Kinderrechtenverdrag, omdat het belang van het kind niet wordt meegewogen. Daarnaast is afsluiting strijdig met de rechten vastgelegd in de artikelen 3 en 8 van het Europees Mensenrechtenverdrag (EVRM), het recht van de Europese Unie en sowieso met de maatschappelijke zorgvuldigheidsnorm zoals die bestaat in ons nationale recht. Deze praktijk leidt bovendien tot een schending van het non-discriminatiebeginsel van artikel 2 van het VN-Kinderrechtenverdrag, artikel 14 EVRM en artikel 1 van het Twaalfde Protocol van het Europees Mensenrechtenverdrag.
De volledige Memorie van Grieven is hier te lezen.
Noot voor de redactie:
Wilt u bij de zitting aanwezig zijn of meer informatie? Neem contact op met Mylène Tabernal, persvoorlichter bij Defence for Children - 06 19 31 37 30 / m.tabernal@defenceforchildren.nl
Meer informatie, waaronder de Memorie van Grieven, het vonnis van de rechtbank en overige stukken, is te vinden in het dossier ‘recht op water’