Nieuwe asielwetten zijn desastreus voor kinderrechten
Defence for Children Nederland maakt zich grote zorgen over de asielwetten van minister Faber (Asiel en Migratie), omdat deze in strijd zijn met kinderrechten. De wetsvoorstellen zetten een streep door de asielvergunning voor onbepaalde tijd, schaffen gezinshereniging voor pleegkinderen en ongetrouwde partners af en voeren het tweestatusstelsel opnieuw in. De Raad van State waarschuwde in haar advies dat deze wetten de problemen in de asielketen zullen verergeren, zoals de druk op de IND en de rechtspraak. Ook voorziet de raad problemen met het recht op familie- en gezinsleven en de rechten van het kind, omdat gezinshereniging via nareis wordt ingeperkt. Toch kwamen de voorstellen vrijwel ongewijzigd door de ministerraad.
Niet alleen kinderrechten staan op het spel, maar ook de rechtstaat als geheel. De Nationale Ombudsman en de Kinderombudsman wezen eerde in hun gezamenlijke brandbrief op de desastreuze gevolgen van de nieuwe asielwetten. Zij noemen de maatregelen een voorbeeld van onbehoorlijk bestuur en zien parelellen met de toeslagenaffaire. Renée Roodhuizen, Public Affairs adviseur bij Defence for Children Nederland, stelt: "De nieuwe asielwetgeving faalt in de bescherming van kinderrechten. Sterker nog, deze wordt actief geschonden. De gevolgen voor kinderen zijn schrijnend: hun ontwikkeling en toekomst komen ernstig in gevaar. Het is urgenter dan ooit om hun rechten te waarborgen, hun kwetsbare positie te erkennen en ervoor te zorgen dat hun welzijn niet verder onder druk komt te staan."
Wetsvoorstellen ongewijzigd door de ministerraad
De Asielnoodmaatregelenwet schaft de permanente verblijfsvergunning af, verkort de geldigheidsduur van asielvergunningen en verscherpt de beoordeling van opvolgende asielaanvragen. De Wet invoering tweestatusstelsel introduceert een systeem dat onderscheid maakt tussen mensen die vluchten voor oorlog en geweld en mensen die individueel vervolgd worden, bijvoorbeeld vanwege politiek activisme of hun geaardheid. De eerste groep - de zogenoemde subsidiair beschermden - krijgt te maken met aanzienlijk strengere voorwaarden. Gezinshereniging is alleen mogelijk als zij woonruimte hebben, over een toereikend inkomen beschikken en minimaal twee jaar een verblijfsvergunning bezitten. Daarnaast beperkt de Asielnoodmaatregelenwet gezinshereniging verder door een zo beperkt mogelijke definitie van het ‘kerngezin’ te hanteren. Hierdoor hebben pleegkinderen en ongetrouwde partners geen recht op gezinshereniging via nareis, wat betekent dat sommige groepen (pleeg)kinderen niet langer in gezinsverband kunnen opgroeien bij hun biologische of pleegouders. Deze strikte eisen maken het voor mensen op de vlucht veel moeilijker om hun familie naar Nederland te laten komen.
Advies Raad van State negatief over asielwetten
De Afdeling advisering van de Raad van State adviseert minister Faber om de wetsvoorstellen Asielnoodmaatregelenwet en Wet invoering tweestatusstelsel in de huidige vorm niet in te dienen bij de Tweede Kamer. De Afdeling waarschuwt dat uitvoeringsproblemen in de praktijk kunnen leiden tot schendingen van grondrechten. Als de IND en de rechtspraak er niet in slagen om binnen een redelijke termijn te beslissen over het verblijfsrecht van asielzoekers en nareizigers, komt het recht op een eerlijk proces in gevaar. Daarnaast spelen bij gezinshereniging het recht op familie- en gezinsleven én de rechten van het kind een belangrijke rol. Doordat meerdere procedures doorlopen moeten worden, met telkens risico op vertraging, dreigen gezinnen langdurig van elkaar gescheiden te blijven.
Zorgen over de impact nieuwe asielwetten op kinderrechten
Defence for Children Nederland maakt zich grote zorgen over de gevolgen van de nieuwe asielwetgeving voor kinderen. Zowel recent aangekomen kinderen als kinderen van ouders die al in Nederland verblijven worden getroffen. Hun rechten worden onvoldoende beschermd, wat hun ontwikkeling en toekomst ernstig bedreigt. In het bijzonder druist de voorgestelde beperking van gezinshereniging in tegen verschillende kinderrechten, zoals vastgelegd in het VN-Kinderrechtenverdrag:
- Het belang van het kind (artikel 3 lid 1),
- Het recht op ontwikkeling (artikel 6 lid 2)
- De waarborg dat kinderen niet van hun ouders worden gescheiden (artikel 9 lid 1)
- Een humane en spoedige behandeling van gezinsherenigingsverzoeken (artikel 10 lid 1)
- Bescherming van kinderen op de vlucht (artikel 22).
Tegelijkertijd neemt de druk op de IND, COA en de rechtspraak verder toe. Dit leidt tot nog langere wachttijden van de behandeling van asielverzoeken bij de IND. Hierdoor blijven families nog langer van elkaar gescheiden, terwijl kinderen zo snel mogelijk herenigd zouden moeten worden met hun ouder(s). Bovendien zorgen langere wachttijden ervoor dat mensen langer en met meer anderen in de opvang verblijven, waardoor de situatie in de opvang verder verslechtert.
De asielwetten zouden de kinderrechtentoets nooit hebben doorstaan
Bij de ontwikkeling van wet- en regelgeving en beleid in Nederland moeten de rechten van kinderen zorgvuldig worden meegenomen. Wanneer dit niet gebeurt, kan dit (onbedoeld) een negatieve invloed hebben op hun leven en ontwikkeling, en hen kwetsbaar(der) maken.
Het Nederlandse recht voorziet momenteel niet in een kinderrechtentoets. Dit is een instrument om nieuwe wetgeving te toetsen aan kinderrechten. Het VN-Kinderrechtencomité deed in haar 'Concluding observations' van 2022 de aanbeveling om een kinderrechtentoets te ontwikkelen voor wetgeving en beleid (zowel nationaal als lokaal). Artikel 4 van het VN-Kinderrechtenverdrag verplicht de overheid om alles in het werk te stellen om kinderrechten te verwezenlijken. General Comment 5 benoemt de kinderrechtentoets als een maatregel om te waarborgen dat het belang van kinderen en hun rechten altijd worden meegenomen bij het maken van wet- en regelgeving en beleid. Volgens Kinderombudsman Kalverboer, die een kinderrechtentoets voor Nederland ontwikkelde, zouden de asielwetten “nooit deze kinderrechtentoets hebben doorstaan".