‘Victim blaming’ van verkracht meisje door jeugdhulp
Op 5 maart heeft de Rechtbank Den Haag een verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming tot gesloten plaatsing van een meisje afgewezen. In december 2020 is het meisje slachtoffer geworden van verkrachting. Het verzoekschrift van de Raad stelt dat de verkrachting en de daardoor opgelopen geslachtsziekte het gevolg zijn van haar risicovolle gedrag. Daarnaast is door de politie en door een advocaat afgeraden om aangifte te doen. Eenmaal terug op in de instelling werd zij aan strengere regels onderworpen. De rechtbank stelt dat hiermee sprake is van ‘victim blaming’. De maatregelen dragen allerminst bij aan de ontwikkeling van het meisje en geven haar het gevoel dat wat er is gebeurd haar eigen schuld is en dat zij gestraft wordt. Het meisje heeft niet de ondersteuning gekregen die zij nodig heeft bij het verwerken van deze nare gebeurtenis. De rechtbank acht verlenging van de gesloten plaatsing niet in het belang van het meisje. Defence for Children is verheugd dat de rechtbank de situatie in deze zaak aanmerkt als ‘victim blaming’ en stelt dat er door politie en hulpverlening inadequaat is gereageerd op de hulpvraag van het meisje.
Weglopen en risicovol gedrag
Het meisje verblijft in een open meidengroep. De ontwikkeling op deze groep is volgens de Raad voor de Kinderbescherming positief. Er zijn echter zorgen omtrent het wegloopgedrag van het meisje. Daarom wil de Raad een gesloten plaatsing. De moeder van het meisje vraagt zich af of een gesloten plaatsing noodzakelijk is, hoewel zij ook het wegloopgedrag zorgelijk vindt. Het meisje zelf wil ook niet gesloten worden geplaatst. Volgens het meisje zelf kan zij goed aangeven wat zij nodig heeft en welke hulpvragen zij heeft. Ze ziet in dat haar wegloopgedrag niet goed is, maar dat het wel komt door frustratie met de hulpverlening. De hulpvragen worden volgens het meisje niet goed opgepakt.
Ook op de Kinderrechtenhelpdesk ontvangen we vragen van meisjes en betrokkenen omtrent gesloten plaatsing en de reactie van politie en hulpverlening op seksueel geweld en uitbuiting. Zij voelen zich niet gehoord, niet geholpen en in plaats daarvan gestraft.
Beslissing kinderrechter
Naar het oordeel van de kinderrechter is de voorlopige ondertoezichtstelling van het meisje noodzakelijk. Er zijn zorgen over de kwetsbaarheden en persoonlijkheidsontwikkeling van het meisje. Daarom wordt het verzoek tot voorlopige ondertoezichtstelling toegewezen. Het verzoek tot een uithuisplaatsing in een gesloten setting wordt echter afgewezen. De kinderrechter overweegt dat onvoldoende is gebleken dat het langere verblijf in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp noodzakelijk is. Om zo te voorkomen dat minderjarige zich aan de jeugdhulp die zij nodig heeft onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken. Verder is het meisje in december 2020 verkracht. In het verzoekschrift en op de groep is er sprake geweest van ‘victim blaming.’ Het meisje stelt zich volgens de kinderrechter wel open voor hulpverlening. Binnen de meidengroep zal ze volgens haar doorgaan met het traject zonder verdere wegloopincidenten, als er duidelijke afspraken worden gemaakt en hulp voor haar problemen geboden wordt. Op grond van deze overwegingen komt de kinderrechter tot het oordeel dat een gesloten plaatsing op dit moment niet in het belang van het meisje is. Het verzoek wordt daarom afgewezen.
Slachtoffers niet gesloten plaatsen
Defence for Children roept al langer op om kinderen die slachtoffer zijn geworden van seksueel geweld en seksuele uitbuiting niet gesloten te plaatsen. Ook is het weglopen vaak een reactie op het gevoel van de meisjes in de steek gelaten te zijn en niet te worden geholpen. Het onderwerpen van kindslachtoffers aan strengere en gesloten regimes is niet de juiste reactie op de problemen van deze meisjes, biedt niet de juiste vorm van bescherming en kan contraproductief werken. Dat het gesloten plaatsen van deze meisjes als reactie op hun problemen en het weglopen contraproductief werkt, blijkt ook uit onze onderzoeken ‘Minderjarige slachtoffers van seksuele uitbuiting die weglopen uit de instelling’ en ‘Help!, ook na mijn 18de’ uit 2019.